Waarom u beter niet blind trouwt.



“Blind getrouwd” is nu terug op TV. Maar is het verstandig om in het echt “blind te trouwen”?

Advocate Nathalie Labeeuw heeft haar mening in de FET van 10/02/18.  We geven hieronder een samenvatting. Voor praktische vragen kan u ook bij ons terecht.

  1. Geld en bezittingen
  2. Huis of appartement
  3. Gezinsbudget
  4. Erfenis
  5. Echtscheiding

 

1. Geld en bezittingen

Het huwelijksvermogensrecht regelt het lot van het geld en de bezittingen van de gehuwden.

Bij het stelsel van scheiding van goederen heeft elke partner zijn eigen vermogen. Alles wat hij voor het huwelijk bezat en alles wat hij erna verdient, is en blijft van hem. Bij een echtscheiding moet hij dat vermogen nooit met de andere partner delen. Er zijn dus GEEN gemeenschappelijke bezittingen. Een scheiding van goederen is geen automatisme! Je moet VOOR het huwelijk een contract opstellen bij een notaris.

Als je niet voor je huwelijk naar de notaris gaat krijgt je het “wettelijk stelsel” cadeau. In dit wettelijk stelsel is er WEL een gemeenschappelijk vermogen (en dat is niet min). Alle inkomsten zijn gemeenschappelijk.  Dus : de beroepsinkomsten tijdens het huwelijk, maar ook inkomsten op eigen goederen van voor het huwelijk – denk aan intresten of huurgelden van een geërfde woning zijn voor de gemeenschap. De bezittingen zelf – zoals het geërfde appartement of de beleggingsportefeuille – blijven eigen goed en moeten later nooit worden verdeeld. Hetzelfde geldt voor schenkingen en erfenissen die een partner tijdens het huwelijk krijgt.

MISVERSTAND: HET IS NUTTELOOS OM DEZE INKOMSTEN OP EEN APARTE -EIGEN  REKENING TE LATEN STORTEN! Bij het wettelijk stelsel bepaalt de rekening (of op wiens naam de rekening staat) niet hof het geld eigen of gemeenschappelijk is. Inkomsten zijn gemeenschappelijk en moeten bij echtscheiding worden verdeeld.

 

2. Huis of appartement

De gezinswoning van gehuwden is altijd beschermd, ongeacht het huwelijksvermogensstelsel. Ook als de ene partner voor 100 % eigenaar van de gezinswoning is, kan jij na het huwelijk niet alleen beslissen de woonst te verkopen of te verhuren. Ook de huwelijkspartner moet zijn toestemming geven, zelfs al heeft die er nooit in geïnvesteerd.

Ook een gehuurde woonst is beschermd. Door in het huwelijksbootje te stappen worden beide echtgenoten automatisch huurder, ook al staat het huurcontract maar op één naam. Beide partners moeten dus akkoord gaan met opzeg van de huur. Omgekeerd moet de verhuurder, als hij de huurovereenkomst wil beëindigen, de opzeg aan beide partners doen. De verhuurder heeft trouwens een voordeel bij een huwelijk, dan kan hij bij wanbetaling bij beide partners aankloppen.

3. Gezinsbudget

Het is een misverstand dat alles 50/50 moet. Elk moet verplicht bijdragen aan de lasten van het huwelijk (lees: eten, drinken, verzorging, verwarming, elektriciteit,…) in verhouding tot hun vermogen. Dat is ook zo bij een stelsel van scheiding van goederen. Als de ene meer verdient wordt hij geacht meer bij te dragen.

Zo’n stelsel van scheiding van goederen biedt wel bescherming tegen de schulden van de andere partner. Het wettelijk stelsel biedt die bescherming niet. Wie gehuwd is onder het wettelijk stelsel kan wel aangesproken worden om de schulden van de “gezinslasten” te vereffenen, zelfs als die schulden zonder medeweten van de andere werden aangegaan: vb. herstellingskosten voor woning, herstelling wagen.

4. Erfenis

Jonge mensen staan zelden stil bij het feit dat er twee zekerheden zijn in het leven: je betaalt belastingen en …. je zal op een dag sterven!

Met jouw jawoord regel je ook je erfenis. Je partner krijgt altijd een beschermd statuut. “Een huwelijkspartner erft altijd een minimum deel van zijn overleden partner. Ook bij een scheiding van goederen is het niet mogelijk de langstlevende partner volledig te onterven.”

De huwelijkspartner erft altijd het vruchtgebruik over alles wat de andere nalaat. Het vruchtgebruik op de gezinswoning met de meubelen en de huisraad is het absolute minimum. Zo kan de langstlevende tot het einde van zijn dagen in de gezinswoning vliegen of ze verhuren en de huurinkomsten opstrijken. Als een koopel uit “blind getrouwd” in het apartment van de man woont en die komt om, dan kan de vrouw daar levenslang blijven wonen.

In veel levensverzekeringen of een groepsverzekering bij de werkgever is de begunstigde van het kapitaal in de algemene voorwaarden bepaald. Doorgaans is de eerste begunstigde de huwelijkspartner. Als je dat niet wil dan moet je dat expliciet wijzigen.

Partner die minstens een jaar gehuwd waren, kunnen ook ene pensioen claimen op basis van de loopbaan van hun partner. Voor wie zijn partner voor ijzen 46 jaar en zes maanden verliest, is er één jaar een overgangsuitkering. Als er kinderen zijn is die er voor twee jaar.

5. Echtscheiding

Een plechtigheid voor de burgerlijke stand duurt ….. 15 minuten? Maar een scheidingsprocedure kan lang aanslepen en flink wat geld kosten.

De procedure voor een echtscheiding in onderlingen toestemming gaat tegenwoordig zeer vlot. Enkel als het paar op het moment van de indiening van het verzoekschrift bij de rechtbank nog geen zes maand apart woont en dus gene afzonderlijke domicilie heeft, zal het – voorlopig nog – éénmaal persoonlijk voor de rechtbank moeten verschijnen.

Als er maar één partner wil scheiden kan dat op grond van een zogenaamde onherstelbare ontwrichting van het huwelijk. Maar dat moet bewezen worden. Als er geen bewijs is, kan de echtscheiding uitgesproken worden na een jaar feitelijke scheiding. En daarna heb je het etiket “wettelijk gescheiden”. Dat staat over: op je loonfiche, op je belastingaangifte, bij de notaris als je een onroerend goed aankoopt.

Mijn persoonlijke mening over dit laatste: na x-jaar zou dat etiket gescheiden wel mogen verdwijnen. Maar dat is nog niet voor morgen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *